De Amerikaanse Senaat heeft een duidelijke streep gezet door de wetgevende ambities van Big Tech door een bepaling te schrappen die een moratorium van tien jaar op staatsregulering van kunstmatige intelligentie zou hebben ingesteld.
De omstreden maatregel, oorspronkelijk opgenomen in president Trumps omvangrijke binnenlandse beleidswetgeving met de bijnaam 'One Big Beautiful Bill', werd tijdens een nachtelijke Senaatszitting op 1 juli met een bijna unanieme stemming van 99 tegen 1 verworpen. Senator Marsha Blackburn (R-Tennessee), die aanvankelijk aan een compromisversie van de bepaling had gewerkt, leidde uiteindelijk de inspanningen om deze volledig te verwijderen.
Techgiganten als OpenAI en Google hadden het moratorium krachtig gesteund. Zij stelden dat het navigeren door verschillende regelgevingskaders in 50 staten tot nalevingsproblemen zou leiden en mogelijk de Amerikaanse innovatie in de mondiale AI-wedloop met China zou vertragen. OpenAI-CEO Sam Altman verklaarde eerder: 'Het is heel moeilijk voor te stellen hoe wij kunnen voldoen aan 50 verschillende sets regelgeving.'
Toch stuitte de bepaling op onverwacht brede tegenstand vanuit het hele politieke spectrum. Een bipartisane coalitie van meer dan 260 lokale volksvertegenwoordigers uit alle 50 staten, 40 procureurs-generaal van staten en 17 Republikeinse gouverneurs spraken zich publiekelijk uit tegen de maatregel. Critici stelden dat deze de rechten van staten zou ondermijnen en essentiële bescherming voor consumenten tegen mogelijke AI-schade, zoals deepfakes, algoritmische discriminatie en privacyschendingen, zou wegnemen.
'Deze bepaling zou Big Tech in staat stellen om kinderen, makers en conservatieven te blijven uitbuiten,' aldus senator Blackburn tegen Wired, ter verklaring van haar verzet. 'Zolang het Congres geen federale wetgeving aanneemt zoals de Kids Online Safety Act en een privacykader voor het internet, kunnen we staten niet verbieden om wetten te maken die hun burgers beschermen.'
Het besluit van de Senaat behoudt het huidige regelgevingslandschap, waarin staten de bevoegdheid over AI-technologieën behouden. Per juli 2025 hebben alle 50 staten, plus het District of Columbia, Puerto Rico en de Maagdeneilanden, AI-gerelateerde wetgeving geïntroduceerd, waarvan meer dan de helft daadwerkelijk AI-wetten heeft aangenomen. Opvallende voorbeelden zijn de beperkingen op 'frontier'-AI-modellen in New York en regelgeving in Colorado, Utah, Texas en Montana.
Hoewel de techindustrie met deze stemming een nederlaag leed, verwachten experts dat pogingen om tot een uniform federaal AI-regelgevingskader te komen zullen doorgaan. De overweldigende afwijzing geeft aan dat toekomstige voorstellen waarschijnlijk een evenwicht moeten vinden tussen innovatie en daadwerkelijke consumentenbescherming, in plaats van simpelweg de bevoegdheden van staten te ondermijnen.